Generieke competenties: hoe maak je er werk van in je opleiding?

1. Wat betekenen generieke competenties (voor de UGent)?

Generieke competenties zijn competenties die discipline-overstijgend zijn en toegepast worden in een breed spectrum van (onvoorspelbare) situaties en professionele omgevingen. Het gaat onder meer om competenties als samenwerken, creatief denken, ondernemingszin, strategisch denken, communicatievaardigheden, taalvaardigheid, omgaan met diversiteit, informatievaardigheden en digitale geletterdheid.

Generieke competenties omvatten de kennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn om effectief te kunnen functioneren en zichzelf te kunnen blijven ontwikkelen in een wereld die voortdurend verandert. Er worden verschillende termen gebruikt om deze discipline-overstijgende competenties te benoemen zoals sleutelcompetenties, 21st century skills, lifelong learning competencies of transversal skills. De UGent maakt gebruik van de term generieke competenties en clustert deze in drie groepen:

  • intrapersoonlijke competenties: kennis, vaardigheden en attitudes in relatie tot het eigen functioneren en de eigen ontwikkeling
  • interpersoonlijke competenties: kennis, vaardigheden en attitudes in relatie tot de andere(n)
  • creatieve en innovatieve competenties: kennis, vaardigheden en attitudes om vernieuwend te denken en te handelen

De drie groepen worden verder opgedeeld in drie subclusters van generieke competenties. Samen vormen ze een raamwerk dat opleidingen aan de UGent als inspiratiekader kunnen gebruiken. 

2. Waarom zou je inzetten op generieke competenties in je opleiding?

Nieuwe jobs, nieuwe manieren om samen te werken en nieuwe technologieën vragen om competenties die het specialisme overstijgen. Ze stellen studenten in staat om zelf nieuwe oplossingen te bedenken als zich een probleem voordoet waarvoor ze geen vaststaande oplossing kregen aangeleerd. In een snel evoluerende kennismaatschappij verouderen kennis en vaardigheden immers in geen tijd. De UGent wil met haar futureproof onderwijs antwoorden bieden op de uitdagingen van de toekomst en haar studenten opleiden tot zogenaamde T-shaped professionals. T-shaped professionals hebben diepgaande expertise in minstens één discipline en zijn in staat om de samenhang te zien tussen en in interactie te gaan met andere disciplines.

Een kwaliteitsvol futureproof programma levert studenten af die niet alleen beschikken over een diepgaande specialistische expertise, maar daarnaast ook over de brede kennis, vaardigheden en attitudes om verbindend te kunnen samenwerken met andere disciplines. Zo kunnen ze complexe maatschappelijke problemen oplossen in een (inter)nationale context. Generieke competenties vormen door hun discipline-overstijgend karakter een noodzakelijke verrijking en versterking van de disciplinaire ruggengraat van elke academische opleiding. Onderstaande figuur illustreert de integratie van generieke competenties met diepgaande disciplinegebonden competenties. Die integratie van generieke competenties in heldere, actuele en duurzame opleidingsleerresultaten (OLR’s) vormt de basis voor de opbouw van een samenhangend opleidingsprogramma, van het toetsbeleid van de opleiding en in bredere zin ook van de nodige leeromgeving (middelen, personen, faciliteiten).

De aandacht voor generieke competenties aan de UGent is zeker niet nieuw. Generieke competenties zoals wetenschappelijke integriteit, multiperspectivisme en kritisch en probleemoplossend denken behoren al langer tot het DNA van de UGent dankzij de zes strategische onderwijsdoelstellingen. De vraag voor veel opleidingen is veeleer of er al voldoende generieke competenties zijn opgenomen in de doelen (OLR’s) van de opleiding, of het de juiste generieke competenties zijn én of het opleidingsprogramma voor studenten optimaal ontworpen is om de ontwikkeling van die generieke competenties te stimuleren.

De uitdaging voor veel opleidingen zit dus in de kritische bevraging van de eigen, actuele visie over de afgestudeerde student met relevante stakeholders, vervolgens de OLR’s te verrijken met de relevante generieke competenties en tot slot het opleidingsprogramma zo te optimaliseren dat het de ontwikkeling van generieke competenties stimuleert en toetst. Op die manier bereiden opleidingen studenten optimaal voor om te kunnen participeren in en bijdragen aan de maatschappij van vandaag en van morgen.

3. Hoe kan je generieke competenties integreren in je opleiding?

Onderstaand stappenplan beschrijft hoe je als opleiding kan inzetten op de integratie van generieke competenties. Daarbij wordt ervan uitgegaan dat de actualiteit van de disciplinaire ruggengraat van de opleiding niet in vraag wordt gesteld. Is dat wel het geval, dan is het belangrijk om eerst een programmahervorming te doorlopen waarbij de discipline-eigen, academisch-wetenschappelijke en beroepsspecifieke competenties geactualiseerd worden (zie onderwijstip ‘OLR’s (her)formuleren’), en de disciplinegebonden inhouden van een programma worden aangepast en afgestemd op de actuele tendensen in de wetenschappelijke discipline en de noden en verwachtingen vanuit het werkveld. Laat je hiervoor op maat ondersteunen door een onderwijsondersteuner door te mailen naar onderwijsondersteuning@ugent.be.

3.1 Stel een team samen

Stel in samenspraak met de opleidingscommissie (OC) een groep samen met mensen die gemotiveerd zijn om hun schouders onder dit thema te zetten. Wie zijn de sleutelfiguren om dit veranderproces te trekken? Denk bijvoorbeeld aan:

  • Lesgevers of andere medewerkers die al inzetten op of interesse hebben in generieke competenties;
  • Studenten en alumni van de opleiding;
  • Stakeholders uit het werkveld;
  • Facultaire ondersteuning: curriculummanagers, onderwijsondersteuners en/of kwaliteitszorgmedewerkers…;
  • Centrale ondersteuning: procesbegeleiders opleidingsondersteuning.

Een gevarieerde groep garandeert dat de opleiding vanuit verschillende opzichten onder de loep genomen wordt en je een zo breed mogelijk beeld krijgt. De kritische blik van studenten bleek in het verleden steeds zeer waardevol om het gesprek over de opleiding open te breken en de openheid voor nieuwe/andere mogelijkheden te vergroten.

3.2 Actualiseer je visie

Buig je met je team over de vraag of er een goede balans is tussen het verwerven van discipline-eigen, academisch-wetenschappelijke en eventuele beroepsspecifieke competenties enerzijds en het verwerven van generieke competenties anderzijds. Onderzoek welke generieke competenties nodig zijn voor het profiel van de (toekomstige) student die je wil zien afstuderen. Dat kan aan de hand van volgende twee stappen.

1. De opleiding denkt kort na over deze vragen:

  • Welke student wil je als opleiding afleveren over 5 à 10 jaar? Over welke kennis, vaardigheden en attitudes moet die futureproof student beschikken?
  • Welke actuele en toekomstige maatschappelijke vraagstukken zijn relevant voor de opleiding en haar afgestudeerden?

2. De opleiding denkt vervolgens na over welke generieke competenties nodig zijn om die student af te leveren:

  • Welke generieke competenties (intrapersoonlijk, interpersoonlijk of creatief/innovatief) zijn nodig om de futureproof student uit stap 1 af te leveren?
  • Welke van die generieke competenties zijn al verweven in de OLR’s?
  • Op welke generieke competenties wil je als opleiding meer inzetten?

Wanneer je als opleiding een of meer generieke competenties belangrijk vindt, integreer je die in de opleidingsspecifieke leerresultaten van je opleiding zodat jullie visie zichtbaar wordt voor stakeholders zoals (geïnteresseerde) studenten, lesgevers, opleidingsondersteuners, werkveld… (zie onderwijstip ‘Hoe OLR (her)formuleren’). Vervolgens bepaal je de relevante eindcompetenties op het niveau van de opleidingsonderdelen. Onderstaand raamwerk geeft de drie generieke competentiegebieden weer, met telkens drie subclusters. Per subcluster vind je omschrijvingen van mogelijke eindcompetenties die je op het niveau van opleidingsonderdelen kan ontwikkelen en toetsen. Het raamwerk creëert enerzijds een gedeeld begrip rond generieke competenties aan de UGent. Anderzijds vormt het een inspiratiekader voor opleidingen waarmee ze gericht kunnen bepalen welke generieke competenties een student nodig heeft. Op basis daarvan kunnen ze de relevante eindcompetenties bepalen en die eventueel zo herformuleren dat ze binnen de eigen opleidingsonderdelen passen.

3.3 Optimaliseer je opleidingsprogramma zodat het de ontwikkeling van generieke competenties stimuleert

Heb je generieke competenties bepaald en geëxpliciteerd in de OLR’s, dan moet je die generieke competenties vervolgens integreren in de opleidingsonderdelen, al dan niet met een zichtbare leerlijn of een keuzepakket. De eindcompetenties worden stap voor stap uitgewerkt in de opleidingsonderdelen die bijdragen aan deze OLR’s. Dat gebeurt op een logische manier waarbij de student een steeds hoger beheersingsniveau haalt – de verschillende niveaus zijn bepaald in de OLR’s. De werk- en evaluatievormen worden zo bepaald dat elk opleidingsonderdeel ‘constructively aligned’ is. 

Generieke competenties vragen om een andere manier van opleiden (met andere werkvormen en evaluatievormen) dan opleidingen doorgaans gebruiken voor disciplinaire kennis, vaardigheden en attitudes. Het is daarom belangrijk om ruimte te maken in het opleidingsprogramma voor ervaringsgericht leren. Studenten ontwikkelen dan generieke competenties via concrete ervaringen. Dat gebeurt best gradueel in een samenhangend programma met ruimte voor (inter)actieve leerervaringen die variëren in intensiteit. Het kan gaan over het verwerven van kennis en inzicht over generieke competenties tot het toepassen van generieke competenties in een gecontroleerde context of het tonen van generieke competenties in een authentieke context. De werkvormen (gastspreker, authentieke voorbeelden, casusonderwijs, excursie, simulatieonderwijs, samenwerkend leren, challenge-based education...) worden zo gekozen dat ze de eindcompetenties van de opleidingsonderdelen ondersteunen.

Samen met de keuze voor (inter)actieve werkvormen, verandert ook de keuze voor evaluatievormen. Bij ervaringsgericht leren is het essentieel dat de student leert om het eigen leerproces (en dat van de medestudent) te monitoren en te evalueren via reflectie (individueel of in groep). Zelfevaluatie, peerevaluatie en het geven en ontvangen van feedback maken er deel van uit. De lesgever heeft daarbij niet alleen de rol van expert die op een activerende manier en evidencebased disciplinaire kennis overdraagt, maar faciliteert ook het leerproces van de studenten, van wie de begincompetenties veel gevarieerder zijn. Het ontwikkelen van generieke competenties vraagt dus om een andere manier van evalueren. Over het evalueren van generieke competenties kan je meer lezen in de onderwijstip rond evalueren. 

Wil je met jouw opleiding en jouw team aan de slag gaan met generieke competenties, vraag dan begeleiding op maat bij onderwijsondersteuning@ugent.be.

4. Meer weten?

Extra info en links:

Heb je vragen? Wil je good practices delen? Mail dan naar onderwijsondersteuning@ugent.be.

Referenties

Applied Educational Systems (2022). What are 21st century skills. Geraadpleegd op 4 april 2022 via What Are 21st Century Skills? (aeseducation.com) 

Chan, C.K.Y., Fong, E. T. Y., Luk, L. Y. Y.; & Ho, R. (2017). A review of literature on challenges in the development and implementation of generic competencies in higher education curriculum. International Journal of Educational Development. 57 (2017) 1-10.

Heinemann, E. (2009). Educating T-shaped professionals. Americas conference on information systems. (AMCIS).

Lesgeven voor en over duurzaamheid (2021). Duurzaamheidscompetenties in je opleidingsonderdeel. Geraadpleegd op 16/09/2022 op https://www.lesgevenvoorenoverduurzaamheid.be/hoofdstuk-2/23-onderwijzen-voor-duurzaamheid/231-duurzaamheidscompetenties-in-je-opleidingopleidingsonderdeel 

Kirschner and Stoyanov (2020). Educating Youth for nonexistent/not yet existing professions. Educational Policy 34 (3): pp. 477-517.

Organisation for Economic Co-operation and Development (OECD) (2005). The definition and selection of key competencies [executive summary]. Geraadpleegd op 19 augustus 2022 op https://www.oecd.org/pisa/35070367.pdf 

Organisation for Economic Co-operation and Development (OECD) (2017). Future of work and skills. Paper presented at the 2nd Meeting of the G20 Employment Working Group, Hamburg, Germany. Geraadpleegd op 16 september 2022 op https://www.oecd.org/els/emp/wcms_556984.pdf

‘Sleutelcompetenties voor een leven lang leren – Een Europees kader’ is een bijlage bij een Aanbeveling van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake sleutelcompetenties voor een leven lang leren, die gepubliceerd is in het Publicatieblad van de EU (nr. L 394 van 30 december 2006). (http://eurlex.europa.eu/LexUriServ/site/nl/oj/2006/l_394/l_39420061230nl00100018.pdf)

Taalunie (2022). Taalcompetent in het hoger onderwijs. Kader voor een taalcompetentieversterkend aanbod aan hogescholen en universiteiten via https://taalunie.org/publicaties/212/taalcompetent-in-het-hoger-onderwijs

UGent (2021). Visie op Onderwijs. Geraadpleegd op 16/09/2022 via https://www.ugent.be/nl/univgent/missie/onderwijsbeleid/visie-op-onderwijs-owr-17-05-2021.pdf 

Unesco (2013). IBE Glossary of Curriculum Technology. Geraadpleegd op 19 augustus 2022 op Glossary of curriculum terminology; 2013 (unesco.org)

Vlaamse Onderwijsraad (2019). Uitdagingen en kansen voor een toekomstgericht hoger onderwijs. Geraadpleegd op 4 april 2022 via https://www.vlaanderen.be/publicaties/uitdagingen-en-kansen-voor-een-toekomstgericht-hoger-onderwijs-advies-vlor

Voogt, J. & Roblin, N.P. (2012). ‘A comparative analysis of international frameworks for 21st century competences: Implications for national curriculum policies’. Journal of Curriculum Studies 44(3): pp. 299-321. 

Vuorikari, R., Kluzer, S. and Puni (2022). The digital competence framework for citizens. With new examples of knowledge, skills and attitudes, EUR 31006 EN, Publications Office of the European Union: Luxembourg.

Laatst aangepast 9 april 2024 13:41